vrijdag 31 mei 2013

Expats en Allochtonen

Een expatriate of afgekort expat is iemand die tijdelijk in een land verblijft
met een andere cultuur dan die waarmee hij is opgegroeid. Meestal zijn ze daarbij
uitgezonden door hun werkgever. Ze dienen niet te worden verward met immigranten. (wiki)

Na de afgelopen jaren in een dorp en in de woestijn te hebben gewoond en gewerkt,
woon en werk ik nu in een heuse stad. Een stad aan een prachtig meer met palmbomen langs de weg. En natuurlijk een heleboel bedelaars, schreeuwende kinderen en allochtonen.

Het voordeel van de stad is dat er ook andere buitenlanders wonen waar je weleens
''iets'' mee kan gaan doen. En ''iets'' kan zij, ieder zaterdagochtend
koffiedrinken zodat je lekker even kan bijkletsen met de andere expat vrouwen
(dan wel immigranten of beter allochtonen) bij een heerlijk hotel met een fijne tuin.
Men neemt ook de eigen hulp mee om de kinderen een beetje in de gaten te houden.
Want serieus, je moet er toch niet aan denken dat je, als je dan eindelijk eens tijd
hebt om met de andere expat vrouwen bij te praten , je ook je kind nog moet vermaken.
Nee daar heb je een hulp voor.

Laatst was ik op een cocktailparty. Dan ben ik als Nederlandse
precies op tijd en dus de eerste. En bij het opendoen van de deur zegt de
Amerikaanse gastvrouw dan wat ze altijd zegt; ,,de Nederlanders zijn altijd
precies op tijd en ook nog eens op de fiets”. Deze keer was ik echter met de
bajaj gekomen. Na zo'n vijftien minuten kwamen de eerste fourwheeldrives aangereden
en de party kon beginnen. Bij zo een invitatie wordt altijd gezegd dat je niks
hoeft mee te nemen. In werkelijkheid betekent dat, iets meenemen wat je zelf gebakken hebt, of dat je de hulp iets hebt laten bereiden. Als je echt wilt scoren neem je ook een fles fatsoenlijke drank mee. Zo had ik dus een trommel zelfgemaakte oranjetompouchen meegenomen en zag ik de halfvolle fles gin, die we de vorige keer als Nederlanders hadden gekocht, ook al op de tafel klaarstaan. Die fles gin was destijds door een hulp bij een of andere lokaal tentje gekocht.

Na het tweede glas gin-tonic stond ik even fijn over ons
leven in Bahir Dar te klagen tegen de Amerikaanse gastvrouw. Ik deed uitvoerig
uit de doeken hoe ik die oranjetompouchen had gemaakt. Ik had dat dus zelf
gedaan omdat het onmogelijk was het recept in het Amhaars aan mijn hulp te vertalen.
Klein detail, zonder Nederlandse giften had ik de tompouchen überhaupt niet kunnen
maken. Het was afzien want het deeg voor de onder en bovenkoek was geen makkie.
Ik moest eerst de tegels op de veranda met een sopje schoonmaken zodat ik het
deeg daarop kon uitrollen met een lege wijnfles. Van een granieten plaat en
dito deegroller hadden ze in Bahir Dar nog nooit gehoord. Na zeker een half uur
zwoegen was het dan toch maar gelukt. Nu de Amerikaanse had het ook niet
gemakkelijk gehad. Ze had een dipsausje gemaakt met behulp van de blender en
dat klinkt makkelijker dan het was. De hulp had namelijk een paar weken geleden,
na het schoonmaken van de blender, het rubber uit de blender weggegooid omdat
ze dacht dat het nog bij de verpakking hoorde. Nu moet de Amerikaanse voor elk
gebruik tien elastiekjes in het onderstuk van de blender draaien, en als je dat
iets te snel doet dan schieten ze er allemaal weer uit. En dat was nog maar het
begin van haar onderneming.

Wij, expatvrouwen/immigranten/allochtoontjes, hebben een
HEEEL Zwaaaaaaaaar Levennnnnnnnnnn. Echt waar. (uit Zwaar Leven, B. Kaandorp)



1 opmerking:

  1. Aarda van den Hardenberg1 juni 2013 om 12:39

    Wat een geweldig verhaal Daphne! Geniet je van het zijn en je werk in Ethiopië? Hoewel je zult vast ook regelmatig frustaties voelen omdat alles zo anders gaat dan in NLD. Maar het heeft ook zijn charmes nietwaar ;) Veel succes en groetjes van Aarda

    BeantwoordenVerwijderen